Pagina 13 - Doet dat tot Mijn gedachtenis

18
Prediking
Het is goed dat wij ons ook realiseren dat het avondmaalsformulier pre-
diking is van de kerk, die heeft leren luisteren naar het Woord.
Immers, wat is prediking? Prediking is bediening van de sleutels van het
Koninkrijk der hemelen.Die sleutelmacht wordt juist rond de bediening
van het Avondmaal gehanteerd. Het is niet toevallig dat het onderwijs
van de Catechismus met betrekking tot het Avondmaal uitloopt op de
belijdenis van de sleutels van het Koninkrijk. Door deze sleutels wordt
het Koninkrijk voor de gelovigen opengedaan en voor de ongelovigen
toegesloten. Dat openen en sluiten doet het formulier, als het na het
gedeelte over de zelfbeproeving aan de hand van de drie stukken een
scherpe scheiding dwars door de gemeente trekt: ‘Allen dan, die alzo
gezind zijn, wil God gewisselijk in genade aannemen.’
Hoort u wel: de sleutel draait en de deur zwaait open: kom tot het feest.
Het staat er heel dringend, de formulering is heel royaal. Hier staat de
deur niet op een kier en wordt niet gesproken over iets dat misschien
zo is. ‘Gewisselijk’, staat er. Precies zoals de Catechismus het zegt: ‘...zo
dikwijls zij de beloften vanhet Evangeliemet eenwaar geloof aannemen,
waarachtig al hun zonden, van God, om Christus’ wil, vergeven zijn.’
Daarentegen...! Daar hebt u de andere kant: de deur die gesloten wordt.
Die dit getuigenis in hun harten niet gevoelen, worden vermaand van
de tafel des Heeren zich te onthouden, en hun wordt verkondigd dat
zij geen deel in het Rijk van Christus hebben. Heel concreet worden
dan zonden bij name genoemd in de zogenaamde ‘zondengalerij’. Alle
tien geboden krijgen daar een plaats. Met klem en kracht worden allen
die zich aan één van die zonden schuldig maken, vermaand om zich te
onthouden van de tafel des Heeren.
Wat intussenopvalt is depastorale toonvande vermaning ende dreiging.
Er worden scherpe woorden gebruikt; zonden worden bij de naam ge-
noemd. Maar het gebeurt toch op een tere manier. De vermaning en de
dreiging geldt voor wie in zo’n zonde leeft en erin blijft liggen. Dat kan
niet samengaan met de gang naar het Avondmaal. Iemand zou daardoor
zijn gericht en verdoemenis des te zwaarder maken.
Hier ontmoeten we een pastor, een herder die de schapen kent; een