8
is tegelijk met de meester bij de deur van het klaslokaal. De
meester kijkt haar onderzoekend aan. ‘Gaat het wel goed
met je, Maartje? Je ziet zo wit.’
‘Beetje buikpijn,’ zegt Maartje.
Meester Vogel knikt begrijpend. ‘Doe maar rustig aan dan.’
Hoe kan dat nou? denkt Maartje, terwijl ze op haar plaats
gaat zitten. Rustig aan doen met een toets?
‘Waar is Jozien?’ vraagt meester Vogel. Met de mok in zijn
hand wijst hij naar de lege plaats in het tafelgroepje van
Maartje. Er klotst wat koffie over de rand.
‘Ortho!’ roepen Maartje, Julia, Tim en Gijs tegelijk. Het
hele groepje weet hoe Jozien ertegen opzag.
‘O ja, dat wist ik ook eigenlijk wel,’ zegt meester Vogel. Hij
start het digibord op.
Meester Vogel kijkt trots naar het bord, waar een foto ver-
schijnt van zijn dochtertje, met een stralende lach op haar
gezicht.
‘Aaaah, lief!’ roepen de meisjes in koor.
‘Marinke kan zitten,’ verkondigt hij trots. Dan klikt hij door
naar de weekpsalm die ze moeten leren.
Veel te snel is het tijd voor de toets. De tafeltjes worden uit
elkaar geschoven en Maartje en David gaan naar juf Huis-
jes. Maartje klopt op de deur waar RT op staat.
‘Kom maar,’ roept juf Huisjes meteen.
Maartje en David gaan naar binnen.
‘Zo, zijn jullie daar,’ zegt de juf. ‘Ik heb alles al klaargelegd.
Kijk maar.’ Ze legt nog even uit wat de bedoeling is, maar
dat is eigenlijk niet nodig. Deze toetsen hebben ze regel-
matig en Maartje en David mogen ze altijd bij juf Huis-
jes maken. Daar is het rustig en dat is vooral voor David
belangrijk, want hij kan zich niet zo goed concentreren.
Voor Maartje is het fijn dat ze er nu wat langer over mag
doen. Soms mag ze toetsen met een koptelefoon op doen,
1,2,3 5,6,7,8,9,10,11,12,13,14,...15