Gedenkt de gevangenen - page 10

13
het Evangelie te verkondigen, om te genezen die gebroken zijn
van hart. Omde gevangenen te prediken loslating en de blinden
het gezicht, omde verslagenen heen te zenden in vrijheid; om te
prediken het aangename jaar des Heeren’ (Lukas 4:18, 19).
Eerste ontmoetingen
Tijdens een van mijn eerste bezoeken kwam ik in de cel van een
jongeman. Terwijl ik kennismaakte, keek hij mij met vreemde,
grote ogen aan. Voormij zat een zwaarverslaafdmens, gedeelte-
lijk afgekickt. Je merkte aan zijn gedragingen dat je te doen had
met iemand die ernstig verslaafd was geweest. Ongeveer twee
maanden zat hij daar. Mijn eerste vraag was wat hij gedaan had.
Dat heb ik na die tijd nooit meer gedaan. Op dezewijze gevange-
nen benaderen, is te confronterend. Met zulke vragen kwamen
rechercheurs van het gerecht ook. Meestal vroeg ik later in het
gesprek langs mijn neus weg: ‘Moet je nog lang zitten?’ Als ze de
einddatumvertellen,kunjebijnaradenwelkdelicthetisgeweest.
Maar ze moeten het zelf aangeven, en nooit onder dwang. Want
het verhoren van een gevangene is niet onze taak.
Na het gesprek las ik met deze jongeman Psalm 51. Ik probeerde
iets te vertellen van wat David gedaan had en hoe David in de
schuld gekomen was voor God en zijn straf ook aanvaard had.
Hij zei niets. Op geen enkele vraag reageerde hij. Na een aantal
bezoeken wilde ik het bijna opgeven. Toch was er in mij een
innerlijke drang om vol te houden en hem te blijven bezoeken.
Na vele bezoeken begon hij zelf tegen mij: ‘Henk, ik heb erover
nagedacht wat je me de eerste keer verteld hebt. Weet je dat ik
een moord op mijn geweten heb? Mijn eigen grootmoeder heb
ik vermoord.’
Tot in de details vertelde hij hoe het gebeurde.
‘Wekelijks ging ik geld halen bij oma ommijn drugs te kopen en
1,2,3,4,5,6,7,8,9 11,12,13,14
Powered by FlippingBook