10
Omdat hij erg ingeldnoodzat, hadhij direct toegehapt. Hij had
meteen een voorschot van een paar honderd euro gekregen.
’s Avonds was hij vaak meegegaan op het inbrekerspad. ‘Fer-
nando,’ hadFreekgezegd, ‘wegaansamenveel geldverdienen.’
Samen met Freek is hij een handel in gestolen spullen begon-
nen. Meestal zijn het waardevolle juwelen en dure apparaten.
Op dit moment wacht hij op iemand die hem nog meer elek-
tronische apparatuur zal leveren. Eigenlijkwas het de afspraak
dat hij een koffermet geld af zou geven in ruil voor apparatuur.
Toen Freek de koffer met geld aan hem liet zien, had hij met
groteogentoegekeken. Indekoffer lagenstapeltjesbiljettenvan
vijftigeuro. Freekhaddekofferweerdichtgeklapt engezegddat
hij het anders moest aanpakken zodat er niet betaald hoeft te
worden. Hij zou de helft van dat geld krijgen, als hij veilig met
de apparatuur op de afgesproken plaats zou komen. Samen
hadden ze een plan besproken.
Zag hij daar wat bewegen? Ja, daar beweegt iets! Wat zou dat
zijn? Hij vergrendelt de deuren.
Buiten beweegt niets meer. Zeker een beest...
Half één! Waar blijft die vent nou? Vanaf de snelweg ziet Fer-
nando een auto het parkeerterrein oprijden. Daar zul je hem
hebben! Fernando laat zich in de stoel naar beneden zakken.
Dan gaat zijn mobiel af. Een vrolijk wijsje klinkt door de bus.
‘Verdraaid.’ Snel vist hij zijn mobiel uit zijn broekzak. Zal het
de man van de apparatuur zijn?
Evenkijkthij ophet schermomtezienwiehembelt.
Onbekend!
‘Ja?’
‘Er is uitverkoop in computers, radio’s enandere elektronische
1,2,3 5,6,7,8,9,10,11,12,13