11
        
        
          staat. Maar ook vader kijkt niet echt gezellig. ‘Het zal wel weer
        
        
          over die mobiel gaan.’
        
        
          ‘Ik snap niet waar ma zich druk over maakt.’ Bart haalt zijn
        
        
          schouders op. ‘Wat heeft ze er voor last van dat pa af en toe
        
        
          even belt? Ik kan er niet mee zitten.’
        
        
          ‘Kom op,’ zegt Karlijn.
        
        
          Tussen de mensen door lopen ze terug naar hun ouders, die
        
        
          nog altijd voor het kraampje met het rode zeil staan. Af en toe
        
        
          kijkt een voorbijganger verbaasd naar hen.
        
        
          ‘ ... vakantie verknallen,’ hoort Karlijn haar moeder zeggen.
        
        
          ‘Mens, stel je niet zo aan.’ Dat is de stem van vader.
        
        
          ‘Wat is er aan de hand?’ Karlijn trekt vader en moeder tegelij-
        
        
          kertijd aan hun mouw. ‘Alle mensen kijken naar jullie.’
        
        
          Vader draait zich even met een geïrriteerde blik naar Kar-
        
        
          lijn. ‘Ga jij je er ook nog mee bemoeien? Je moeder stelt zich
        
        
          gewoon aan.’
        
        
          ‘Dat moet jij zeggen!’ De stem van moeder schiet omhoog.
        
        
          Haar wangen zijn rood van opwinding. ‘Ik vraag of je er
        
        
          deze week alleen voor ons kunt zijn. Is dat nou echt te veel
        
        
          gevraagd?’ Hoofdschuddend kijkt ze naar Karlijn. ‘Het lijkt
        
        
          wel of die man met zijn werk is getrouwd.’
        
        
          ‘Maar kunnen jullie niet afspreken ... jullie moeten ...’ Karlijn
        
        
          kijkt hulpzoekend om naar Bart.Waarom helpt die haar niet?
        
        
          Dan ziet ze dat Bart een eindje verder op een stoel is gaan zit-
        
        
          ten en geconcentreerd op zijn iPhone kijkt. Waarschijnlijk is
        
        
          hij aan het appen met zijn vriendin ...
        
        
          ‘We zijn met z’n vieren op stap,’ gaat moeder verder. ‘Niet met
        
        
          drie plus één.We zijn hiernaartoe gegaan om een paar dagen
        
        
          met elkaar op te trekken, omdat we de laatste tijd te weinig tijd
        
        
          voor elkaar hebben gehad. En wat doe jij? De hele tijd met je
        
        
          mobiel lopen. Daar baal ik van.’
        
        
          ‘Maar ik heb je toch al uitgelegd dat het een belangrijk tele-
        
        
          foontje was? Ik kan het gewoon niet maken om een week niet
        
        
          bereikbaar te zijn.’