7
De takken van de struiken kraken zachtjes. Telkens staat hij
even stil om te luisteren of hij niets bijzonders hoort. Het lijkt
of de jerrycan in zijn hand steeds zwaarder begint te wegen.
Hij hoort de inhoud klotsen.
Daar heeft hij de rand van de bosjes bereikt. Gerard duwt wat
takken opzij en kijkt rond. Voor hem ligt een uitgestrekt wei-
landmet links daarvan een boerderij. De loodsen zijn donkere
schimmen aan een heldere hemel.
In het weiland grazen koeien. Nogmaals tuurt Gerard naar
de boerderij. Daar is geen levend wezen te zien. Precies zoals
hij verwacht had. Een van de zonen van de boer is vandaag
getrouwd en het feest kan nog lang duren. De hele avond heeft
hij gepost voor het huis enhij heeft niemand thuis zienkomen.
Dan komt hij weer in beweging. Hij sluipt de struiken uit en
traptmetzijnvoetdeonderstedraadvaneenprikkeldraadhekje
naar beneden. De jerrycan zet hij in het weiland. Dan bukt hij
zich en kruipt onder het laaghangende draadje door.
Hijpaktde jerrycanweeropenloopt verder.Dedrassigebodem
sopt onder zijn voeten. In gebogen houding loopt hij door het
weiland in de richting van de boerderij. De kans dat hij wordt
gezien, is klein. De loodsen onttrekken ieder zicht vanuit de
boerderij. Rond het weiland liggen alleen andere weilanden.
Gerard heeft zijn plan goed uitgedacht. Er kan eigenlijk niets
fout gaan.
Plotseling stopt hij. Onder hem klinkt een soppend geluid.
Gerard kijkt naar beneden. ‘Bah!’ mompelt hij. Zijn voet staat
midden in een verse koeienvlaai.
Zachtjesmopperend trekthij zijnvoet omhoogen loopt verder.
‘Vieze boeren.’
1,2,3,4 6,7,8,9,10