11
voortaan zwervend over een gevloekte aarde, dragen ze de
belofte van God mee. En als Adam de naam van zijn vrouw
Eva uitspreekt, herinnert dat aan het beloofde leven!
Eva’s smart
Eva, de moeder aller levenden, komt erachter dat ze tegen
God gezondigd heeft. Wat is ze verheugd geweest toen ze
- met smart - haar eersteling mocht ontvangen. In de juich-
kreet: ‘Ik heb een man van de Heere verkregen’ (Genesis
4:1b) horen we de hoop dat dit vrouwenzaad hét Vrouwen-
zaad zal zijn. Zou deHeere in dit kindZijn belofte vervullen?
Tot haar smart heeft de moeder aller levenden bemerkt dat
haar zoonKaïndeGodsvrezemiste.Toenhij opgroeide,werd
meer enmeer duidelijk dat Kaïn niet hét beloofde Zaad was.
Wellicht heeft ze toen haar hoop gevestigd op haar tweede
zoon,Abel. In hemwerd de vreze desHeeren gevonden! Zou
uit hemde beloofde Verlosser groeien? Onbeschrijflijkmoet
de smart van dit moederhart geweest zijn toen haar oudste
zoon eenmoordenaar werd.Wat zal er in haar omgegaan zijn
toen ze haar jongste zoon in het graf moest leggen. Het bit-
terstemoet wel geweest zijn dat alles haar toen ongetwijfeld
heeft aangeklaagd.Wat is er te verwachten van zo’n slechte,
gevallen moeder? De appel valt niet ver van de boom. Kaïn,
uit háár geboren, was een doodslager. Nooit zou zo’n vre-
selijke zonde bedreven zijn, als zij ‘staande was gebleven’.
Door háár zonde is de dood in dewereld gekomen.De bittere
gevolgen van haar diepe val in het paradijs moest ze inleven.
Het onder ons vaak uitgesleten begrip ‘erfzonde’ is door Eva
tot op de bodem verstaan.
1 - eva
1,2,3,4,5,6,7,8 10,11