Piet Storm en de race tegen de klok - page 4

9
Groningen komen.’
‘Ik wil ook bij papa zijn!’ roept Cas.
‘Dat zal niet altijd gaan, Cas,’ zegt vader rustig. ‘Maar weet je
wat? We kunnen het zo regelen dat jij af en toe met mij mee
mag. Dan kan mama rustig al haar aandacht aan Roan geven.
Is dat een goed plan?’
‘Wat is aandacht?’ wil Cas weten.
‘Tja ... hoe zal ik dat eens uitleggen. Als jij met mij meegaat, zijn
wij samen en doen wij alles met z’n tweeën. Dan heb ik alleen
aandacht voor jou en jij voor mij. Intussen hoeft mama alleen
voor Roan te zorgen. Snap je?’
‘Waarom niet met z’n vieren?’
‘Dat is te druk voor Roan, Cas,’ zegt vader. ‘Je weet toch dat hij
erg ziek is?’
Cas buigt zijn hoofd en knikt.
Vader slaat een arm om hem heen.
‘Cas verteldedat hij zijn lever aanRoanwil afstaan,’ zegtmoeder
zacht.
Vader drukt zijn oudste zoon stevig tegen zich aan. ‘Je bent me
er een. Erg lief van je,maar dat gaat niet, kerel.’ Vader denkt even
na. ‘Ik weet iets beters. Je weet dat Roan moet wachten op een
orgaan van iemand anders. Ik heb afgesproken dat zodra er een
beschikbaarkomt, ikhet orgaanzelfnaarGroningenzal vliegen.
Als jij dan net bij mij bent, mag je mee en gaan we samen ...’
Vader wijst even naar Cas en zichzelf. ‘Wij met z’n tweeën een
orgaan voor Roan ophalen. Is dat een idee?’
Cas kijkt glunderend op en knikt heftig. ‘Ja, ophalen. Mag ik het
dan aan Loan geven?’
Vader lacht. ‘Nou, dat zal wel ietsje anders gaan. Het zal dan in
een grote doos zitten. En die geven we aan de chirurg.’
1,2,3 5
Powered by FlippingBook