7
Woord vooraf
Een diepe afgrond gaapt onder hem. Klam van het zweet trekt
hij zich met zijn handen op aan een richel in de wand. Met een
voorzichtige beweging klemt hij de zekering aan een volgende
haak. Gelukt! Zijn klimtouw is nu stevig verankerd aan de rots.
Vanaf die rots heeft hij nu een geweldig uitzicht.
Voor een bergbeklimmer is veiligheid van groot belang. Zijn
leven hangt ervan af. Bij een kleine fout moet het klimtouw zijn
val breken. Dat kan alleen als dat touw stevig houvast heeft
aan de rots. Want het gaat over leven of dood!
De Heere God wordt in de Bijbel ook een ‘rots’ genoemd. Aan
Hemmoet ons leven verankerd zijn. Iemand die de Heere kent,
noemt hem zijn ‘Steenrots’ (Psalm 62 en 73). Al zijn vastheid ligt
in zijn God, nergens anders en bij niemand anders. Hij is de Toe-
vlucht, bij Wie een zondaar schuilenmag. En op deze Rotssteen
bouwt hij zijn levenshuis. Anders spoelt het weg.
Heb jij zo ook houvast gevonden in je leven? Of word je nog
heen en weer geslingerd en heb je geen rust? De Heere nodigt
je uit om rust bij Hem te zoeken. Want: onrustig is ons hart, tot-
dat het rust vindt in God.
Het is ons gebed dat dit dagboek daarvoor eenmiddel mag zijn.
Gerbrand de Jong
Marieke de Vries
1,2,3 5,6,7,8,9