9789033131035

14 broodbeleg. ‘Jij gaat spiegelen.’ Ellemijn trekt een vies gezicht. ‘Dat heb ik de vorige keer ook al gedaan.Weet je hoe saai dat is?’ Jeroen haalt zijn schouders op. ‘Dan moet je maar zorgen dat je op tijd bent. De vervelendste klusjes blijven altijd over.’ Met een kwaad gezicht loopt Ellemijn naar de jam.Wat denkt die gozer wel? Toch heeft ze geen keus. En ze heeft het geld hard nodig nu ze aan het sparen is voor een scooter. Ze schuift een paar potten aardbeienjam naar voren, gevolgd door de pruimenjam. Het nut van spiegelen heeft ze nooit begrepen. Ze kan zich niet voorstellen dat klanten eerder een product kopen als dat netjes vooraan in het rek staat. ‘Hé, Ellemijn.’ Verrast kijkt ze om. ‘Hoi, Noud.’ ‘Ik heb je hier nog nooit gezien.Werk je hier al lang?’ ‘Al bijna twee jaar.’ ‘Dan kom ik hier blijkbaar weinig. Leuk werk?’ ‘Wat denk je zelf?’ ‘Nee.’ Noud grijnst. ‘Waarom doe je het dan?’ ‘Omdat ik geld nodig heb. Heb jij geen baantje?’ ‘Ik werk op zaterdag op de markt. Mijn oom staat daar met een fruitkraam.’ ‘Verdient dat goed?’ ‘Tien euro per uur.’ ‘Dat meen je niet!’ Ellemijn schudt haar hoofd. ‘Dat is ruim twee keer zoveel als ik.’ ‘Zal ik aan mijn oom vragen of hij nog iemand kan gebruiken?’ ‘Wil je dat?’ ‘Voor jou wel.’ Noud geeft haar een knipoog. ‘Ahum.’ Jeroen duikt naast Ellemijn op. ‘Zo schiet het niet op. Je weet dat je geen kletspraatjes mag houden onder het werk.’ ‘Ik ga al.’ Noud knikt. ‘Morgen zal ik mijn oom bellen. Lijkt me leuk om samen met jou te werken.’ Terwijl Ellemijn de potten en pakken naar voren schuift, denkt

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==