9789033129957

8 ‘Ik mis je verschrikkelijk,’ gaat Martine op haar plagerij in. ‘Ik heb er buikpijn van. Kom je vanavond naar mij toe?’ ‘Om Frans te overhoren?’ ‘Dat is goed. Maar niet de hele avond, hoor. Zonde van de tijd.’ Jacomijn grinnikt. ‘Je vergeet dat we nog een opdracht voor Neder- lands moeten maken.’ ‘O ja, dat was ik vergeten. Wanneer moet-ie ook alweer af?’ ‘Morgen.’ ‘Echt? Ik was vergeten om het in mijn agenda te zetten. Dus echt al voor morgen? Wat een slavendrijverij.’ ‘Yep!’ ‘Nou, lekker dan. We zullen de gezelligheid maar opschuiven tot het weekend. ’k Zal blij zijn als we vakantie hebben.’ ‘Dat zei ik ook al tegen mijn moeder toen ik thuiskwam. Nog even, Mart... We zitten nu al in de laatste week van april. We hebben bijna meivakantie.’ ‘Ja, heerlijk.’ Ze praten nog een poosje door over de dingen die ze willen gaan doen in de meivakantie, maar daarna stoppen ze en gaan maar snel begin- nen aan het schoolwerk. Plannen maken kan later wel weer ... Luuk, Jacomijns broer met wie Jacomijn ruim twee jaar scheelt, komt even later de trap op gestampt. Jacomijn stopt haar vingers in haar oren. Even later klinkt muziek in de kamer boven haar. De bas staat veel te hard. Bonk ... tada ... bonk ... tada ... bonkebonk ... Luuk doet zijn best om erbovenuit te schreeuwen, wat de herrie nog versterkt. Jacomijn probeert zich weer op haar Frans te concentreren. Het lukt niet. Ze schuift het boek van zich af en gaat haar kamer uit. Halver- wege de zoldertrap hoort ze Luuk het refrein met overslaande stem meezingen: ‘I lóóóóve you ... I lóóóóve you sóóó very much ...’ Jacomijn gooit zijn deur open. De muziek komt in golven over haar heen.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==