Smokkelaars in de mist

13 een zaklamp aan en laat het licht over de wanden glijden. Hij staat op een trap. Onder hem gaapt een donker gat. Voorzich- tig loopt hij naar beneden. Hij moet zich goed aan de leuning vasthoudenomniet tevallen.Benedenkijkthij goedrond.Waar is een geschikte verstopplek? Dan valt zijn blik op de metalen vloerdelen. Hij bukt zich en pakt een schroevendraaier uit zijn jaszak. Als alle schroefjes los zijn, wrikt hij de plaat los en zet hemtegendewand.De lichtstraal glijdt doordeopeningonder de vloerplaat. Het zou net kunnen passen. Snel klimt hij de trap weer op en wenkt de ander, die in de schaduw van de bomen staat te wachten. Terwijl de man aan boord klimt, pakt Daniël twee vande sporttassen en loopt naar beneden. Daar ritst hij de sporttassenopen enhaalt er een kof- fertjeuit. Zorgvuldig legt hij het ding indevrijgemaakte ruimte. De bestuurder zet twee andere sporttassen naast hem neer en loopt de trap weer op om de laatste twee te halen. Daniël heeft al twee tassen leeg. De bestuurder is ook weer beneden en helpt hem. ‘Dat gaat niet passen,’ fluistert hij. Ze hebben nog één tas te gaan. Daniël schudt verbeten zijn hoofd. Eén koffer past er niet in. ‘Nog een plaat openmaken?’ ‘Nee,dat kost teveel tijdomzeerweeruit tehalen.’Koortsachtig kijktdebestuurder rond.Daarstaaneenpaargereedschapskof- fers. Met een paar grote stappen is hij er. Hardhandig drukt hij het koffertje tussen de andere koffers. Omdat ze allemaal van hard plastic zijn, valt dit koffertje niet eens op. Daniël steekt zijnduimopenschroeft devloerplaatweer terug. Zo stil als ze gekomen zijn, zo stil verdwijnen ze weer.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==