Fleur en Luuk en het ponygeheim

10 ‘Fleur, waar is Nora gebleven?’ zegt Luuk ineens. Fleur schrikt. Door het gezoek en gepraat zijn ze Nora hele- maal vergeten. ‘Mijn detector vindt geen honden,’ zegt Luuk lachend. Maar Fleur vindt het niet grappig,want ze moeten altijd goed op Nora passen. ‘Nora!’ roept ze hard. Luuk geeft haar een duw. ‘Niet zo hard, daar schrikken de wilde dieren van.’ ‘Nou, dat is dan pech,’ zegt Fleur. ‘We moeten Nora vinden.’ ‘Misschien is ze al bij onze boshut,’ bedenkt Luuk. Fleur krijgtweer hoop.‘Kom,dangaanwedaarmeteenkijken.’ Luuk zet zijn detector uit en rent achter Fleur aan.‘Misschien heeft Nora iets ontdekt en gaan we weer een avontuur bele- ven,’ zegt Luuk. ‘We hebben al veel avonturen meegemaakt,’ zegt Fleur. ‘Dat gebeurt niet zomaar nog een keer.’ ‘Nora!’ roept Fleur nog een keer. Dan klinkt er geblaf. ‘Waf-waf!’ Fleur en Luuk schieten in de lach. ‘Nora is bij de boshut,’ zeggen ze tegelijk. Als ze daar aankomen, is Nora bij de boom aan het graven. Af en toe blaft ze hard met haar kop omhoog. ‘Ze is vast weer op zoek naar een konijn,’ zegt Luuk. Dan gaat Nora er als een pijl vandoor. ‘Kom, we gaan in de hut kijken,’ zegt Fleur. Luuk volgt Fleur, die naar boven klimt. Tegen de boom zijn plankjes gespijkerd. Luuk vindt het klimmen lastig met de detector in zijn hand. Maar hij wil hem niet beneden laten staan. Stel je voor dat er dieven komen. In de hut is het schemerig. Door de kijkgaten vallen strepen licht naar binnen. Fleur en Luuk hebben met papa deze hut gemaakt van resten hout die Luuk had verzameld. Fleur gaat op een stuk boomstam voor het kijkgat zitten. ‘Ik hoop weer een lief hertje te zien.’

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==