Pagina 5 - Koningskinderen

- 11 -
Wat bedoelt Willems vader toch? De grote reis? Gaat Willem dan weg? Ja, vandaag gaat vader
met Willem op reis. Heel ver weg. Het kasteel waar Willem woont, de Dillenburg, staat in
Duitsland. Maar nu gaat hij helemaal naar de Nederlanden. Naar Breda. Die reis duurt wel zes
dagen. En: Willem zal daar in de Nederlanden blijven.
Maar waarom moet dat toch? Waarom moet hij zo heel ver weg van zijn vader en moeder, van
zijn broertjes en zijn zusjes?
Een paar maanden geleden is er een neef van Willem gestorven. Hij heette René van Chalon.
René was heel rijk. Grote stukken land waren van hem. In Frankrijk, maar ook in de Nederlan-
den. In de omgeving van Breda was een heel groot gebied van René. Maar nu is René er niet
meer. Hij is niet oud geworden. Maar vijfentwintig jaar. Tijdens een oorlog kwam er een kogel in
zijn schouder. Hij had een heel grote wond, die niet meer beter werd. René had geen kinderen.
Maar een maand voordat hij stierf, had René een belangrijk papier laten maken. Op dat papier
stond wie al zijn bezittingen zou krijgen als hij er niet meer was. Dat noem je een testament.
En in dat testament stond de naam van... Willem. Dus eigenlijk was Willem nu heel rijk. Al die
bezittingen waren nu van hem.
Toch krijgt Willem het niet zomaar. De keizer wil dat Willem eerst naar de Nederlanden komt.
Daar moet hij verder opgevoed worden. En daar moet hij heel veel dingen leren. Bijvoorbeeld
allerlei talen: Frans, Spaans, Italiaans, Latijn en ook Nederlands. De keizer wil vooral dat Willem
daar een rooms-katholieke opvoeding krijgt.
Willem, jongen, luister eens.’ Daar staat moeder. Ze houdt Willem dicht tegen zich aan. Tranen
rollen over haar wangen. Ze is zo verdrietig. Ze zou Willem zo graag bij zich houden. Wanneer
zal ze hem weer zien?
Willem, zul je het niet vergeten? Wat je vader en je moeder je steeds geleerd hebben? Alleen de
Heere Jezus kan je verlossen van de zonde en van de dood. De Heere alleen kan een nieuw hart