8
kamer blijft hangen.
De man loopt naar de slaapkamer en morrelt aan het raam. Dat
is zeker in geen tijden open geweest, want hij krijgt het raam niet
op de kierstand. Dan maar in de andere stand, gewoon een stukje
open. Er is hier toch niemand in de buurt die naar binnen zou
kunnen komen.
Hij trekt aanhet handvat enmet eendroge tik schiet het raamopen.
De man buitelt een stukje naar achteren.
Opdatmoment schiet er iets langs hemheen. Zonaar buiten, door
het openstaande raam.
‘
Hé, kom hier!’ roept de man. Maar het ontsnapte dier komt niet
terug.
Dat moet die kleinste hond zijn geweest. Maar die zat toch in zijn
bench? Hoe is dat beest ontsnapt?
Hij rent de grote kamer weer in. Hij ziet dat zijn vermoeden juist
was. Demiddelstebench is leeg enhet kleinehondje is verdwenen.
Snel loopt hij naar de keuken. Waar staan de hondenbrokjes?
Voordat hij de voordeur opendoet, checkt hij of alle anderehokken
nogwel dichtzitten. Acht, negen…Alle anderedieren zittenophun
plaats. Dan haast hij zich naar buiten.
‘
Joe-hoe. Komdan!’Hij rammeltmet het pakhondenbrokken. ‘Kijk
eens wat het baasje heeft. Lekkere brokjes…!’ Wat een gedoe, zat
hij maar lekker achter een computer.
Even ziet hij het kleine snuitje uit de struiken komen. Voorzichtig
gluurt het hondje naar het rammelende pak brokjes.
‘
Kom dan!’ roept hij nog eens met zijn liefste stem. Gelukkig maar
dat niemand hem hier kan zien.
Dandraait het hondje zich resoluut omenverdwijnt inde struiken.
‘
Wel alle…’ De man rent naar de struiken. Hij moet dat ding heb-
ben. Als Marco erachter komt dat-ie ontsnapt is…
Als zijn telefoon gaat, hangt hij net uitgeput tegen een boom.
