10
Papa geeft opa een hand.
Hij geeft het grote pak aan opa.
Wat zit daar nou in?’ zegt opa nieuwsgierig.
Het is een...’
Ssst!’ sist mama.
Oef! Daar had hij het bijna gezegd.
Opa peutert netjes het plakband los en haalt het pa-
pier eraf.
Wat een mooie, blauwe koffer! Dank jullie wel!’
Voor als u met het vliegtuig gaat,’ roept Bart.
Als ik over twee nachtjes naar Amerika vlieg, neem
ik hem mee,’ zegt opa blij.
Nu is het de hoogste tijd voor taart,’ zegt oma.
En voor een verhaal,’ vindt Bart.
Daar moet ik even over nadenken,’ zegt opa.
Hij draait aan de punt van zijn witte snor.
Opa zegt dat hij dan beter kan nadenken.
Over vliegen,’ zegt Bart.
Over feest,’ zegt Jiske.
Opa neemt een hele grote hap taart.
Zijn wangen zijn helemaal bol.
Opa!’ roept oma. ‘Dat is niet netjes.’
Opa geeft Bart en Jiske een knipoog.
Maar ik moet vertellen,’ zegt hij. ‘Luister maar.’
1,2,3,4,5 6