13
Wat zit er achter die reis naar Egypte? In ieder geval geen verlan-
gen of menselijk initiatief. Het is de Heere Die hen door de nood
naar Egypte drijft. Psalm 105:16 zegt: ‘Hij riep ook een honger in
het land; Hij brak alle staf des broods.’ Zo drijft de Heere de broers
op een weg die zij zelf nooit gekozen zouden hebben. Hij brengt
hen naar Jozef, die door de Heere voor hen uitgezonden was,
opdat zij zouden leven en niet sterven! Ziet u het: door de nood
gedreven! Zo brengt de Heere deze mannen aan de voeten van
Zafnath Paäneah, de redder van het volk, de behouder van het
leven.
Als we ons herinneren dat Jozef een type van de Heere Jezus is,
dan zien we de lijnen lopen. Zo leidt de Heere nog altijd tot Jezus,
de grote Behouder. Een mens gaat niet uit zichzelf naar Hem toe.
U en ik kiezen daar niet voor. De Heere brengt ons aan Zijn voeten
door ons te ontdekken aan ons gemis. Door ons te leren om hon-
ger te krijgen. Door ons te laten zien dat we sterven moeten. Wat
doet de Heere dan? Hij maakt ons onrustig. Hij schudt het nest,
zoals de arend dat doet die zijn jongen wil leren vliegen. Hij doet
dat door de prediking die ons ontdekt aan ons gemis. Die ons vra-
gen stelt als: hebt u vrede met God; is Jezus jouw Zaligmaker; heb
je een Borg voor je schuld; kun je sterven en God ontmoeten?
Misschien zegt u: Ik word zo onrustig van dergelijke vragen. En
als dat de bedoeling van de Heere is ... Denk dan nog eens aan
Psalm 105: ‘Hij verbrak de staf des broods.’ Hij laat ons de leeg-
heid van ons leven zien, de armoede van ons leven, de nood van
ons bestaan. Dan is het toch een zegen als de Heere ons de rust
opzegt, als hij de honger doet knagen, ons ons gemis doet zien.
We moeten ‘het nest’ uit, want daar wacht de dood. We moeten
leren roepen: ‘Geef mij Jezus of ik sterf.’
Hoe doet de Heere dat?
Soms door de omstandigheden van het leven. Door die ontmoe-
