Mij zal niets ontbreken

7 Ten geleide M ET DE WOORDEN: ‘Op een avond aan tafel na het dankgebed uitgelegd’ is de toon voor dit kor- te geschrift over Psalm 23 al gezet. Hier is niet Maarten Luther, de professor aan de Universiteit van Wittenberg aan het woord, maar een huisvader die na het eten de Bij- bel opslaat, een gedeelte leest en het voor de aanwezigen uitlegt. Die aanwezigen waren niet alleen Luthers vrouw en kin- deren, maar vooral ook vrienden, bekenden en studenten. Vaak werd het gesprokene opgetekend, opdat het dan later in druk kon verschijnen. Op die manier zijn bijvoor- beeld de ongeveer zesduizend Tischreden , de Tafelgesprek- ken, bewaard gebleven. De uitleg van Psalm 23 stamt waarschijnlijk uit 1535 of 1536. Als Luther vers 5 bespreekt: Gij bereidt voor mij een tafel tegen mijn vijanden, merkt hij op hoe hij zich gedurende achttien jaar door Gods genade heeft gedra- gen tegenover zijn vijanden, die hem hadden gelasterd en verdoemd. Het grote verzet tegen hem begon immers in 1517, toen hij de 95 stellingen aansloeg en zich openlijk tegen Rome keerde.