Onder vuur

8 zijn vingers. Iedereen draait zich weer snel om, maar Evert ziet nog net het lachje op het gezicht van Janna. ‘We gaan schrijven,’ zegt de meester. Evert pakt zijn griffel. Die gebruiken ze de laatste tijd weer in plaats van de kroontjespen omdat de inkt door de oorlog schaars is geworden. Hij schrijft de woordjes die de meester op het bord schrijft over op zijn leiplankje: kordaat, koloniën, karbonade ... Het is lang geleden dat hij karbonade heeft gehad. Hij zou er best een lusten. Evert hoort een auto voorbijrijden. Het krassen van de grif- fels op de leiplankjes om hem heen stopt even. Hij zou best even willen kijken, maar hij moet oppassen. Straks krijgt hij nog meer straf. Maar als de meester ook zijn hoofd naar het raam draait, ziet Evert nog net een glimp van de groene legerauto. ‘Die gaat hard,’ fluistert Gerrit. Er is vast iets aan de hand. Jammer dat hij na moet blijven. Als Evert de deur van de school achter zich dichttrekt, is het schoolplein al leeg. Gelukkig heeft Gerrit op hem gewacht. Zijn broertje zit met zijn rug tegen de muur zijn knikkers te tellen. Als hij Evert ziet, stopt hij ze snel in zijn zak en rent naar hem toe. ‘Waar is iedereen?’ vraagt Evert. ‘Op de dijk. Een bus vol landverraders staat met pech.’ ‘Dat wil ik zien!’ roept Evert, terwijl hij het plein afrent. ‘Kom mee!’ Nu de geallieerden in Frankrijk geland zijn en al een groot deel van Europa bevrijd hebben, gonst het van de berichten dat de bevrijders in aantocht zijn. Blijkbaar willen de meeste landverraders daar niet op wachten, denkt Evert minach- tend. Gisteren kwamen er ook NSB’ers en Duitsers in koet-

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==