Leid mij in Uw waarheid

12 geworden. Hij heeft mij verlost uit de macht van de duivel. Hij heeft voor al mijn zonden betaald. Want Hij droeg de straf, die ik verdiend heb. Daarvoor gaf Hij Zijn leven, Zijn dierbaar bloed. Hij is mijn Zaligmaker! En nu zal mijn Vader in de hemel voor mij blijven zorgen, mijn hele leven. Weet je hoe ik dat weet? Door de Heilige Geest, Die in mijn hart woont. Die blijft altijd bij mij en zorgt ervoor dat ik de Heere wil blijven dienen en gehoorzamen. En als ik ga sterven mag ik in de hemel komen, bij de Heere. Dat is nu het echte geluk, de enige troost van een kind van God. Dat geluk moeten we allemaal zoeken! Vraag 2. Het gaat weer over die enige troost, over het echte geluk. Ja, eigenlijk gaat de hele Catechismus daarover! Maar nu wordt in deze tweede vraag gevraagd: Hoe kan ik zo gelukkig worden? Wat moet ik dan weten, wat moet ik dan leren? Antwoord: Drie dingen. Het eerste is: hoe groot mijn zonden en ellende zijn. Je kunt ook zeggen: hoe ongelukkig ik ben. Het tweede is: hoe ik van mijn zonden en ellende verlost word. Dus hoe ik van het grote ongeluk verlost word en weer echt gelukkig kan worden. En het derde is: hoe ik de Heere dankbaar kan zijn als Hij die verlossing geeft. Je moet die drie woorden goed onthouden: ellende, verlossing en dankbaarheid. Want over die drie dingen gaat het in de volgende zondagen. In Zondag 2, 3 en 4 gaat het over de ellende. In Zondag 5-31 gaat het over de verlossing. In Zondag 32-52 gaat het over de dankbaarheid. Weet je nog van antwoord 1? Die leerling is een kind van de Heere. Dus hij heeft die drie dingen geleerd. Niet alleen met zijn verstand, maar ook met zijn hart. Hoe kan dat? Door de Heilige Geest. Die alleen kan ons dat leren. Daar mogen wij om bidden.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==