Al zeven jaren wacht de Babylonische prinses Tiamat op de terugkeer van de krankzinnige koning Nebukadnezar. Hij is verdreven van zijn troon en leeft als een dier, sluipend door de tuinen van Babylon, verborgen voor de buitenwereld.
Als er in het paleis een hoveling vermoord wordt, moet Tia uitzoeken wie er verantwoordelijk is voor deze macabere dood, ook al staat haar eigen vrijheid op het spel.
De koningin is van plan om Tia uit te huwelijken aan een andere vorst, maar dan dreigt de machtige tovenaar Shadir om het familiegeheim naar buiten te brengen. Hij zet zijn eigen handlanger op de troon. Tia roept de hulp in van Pedaja, een Joodse balling. Hij laat Tia niet alleen zien wat echte liefde is, maar brengt haar ook aan het twijfelen over haar goden.
Tia staat voor een onmogelijke keuze. Moet zij alles – haar bezittingen, haar goden, of zelfs haar leven – op het spel zetten voor die Ene God van Israël?