9789033131004

14 DeHeere Jezus was op de aarde gekomen omdewil vanZijnVader te doen.Wat was dat? Zijn volk zalig maken van hun zonden. Hen te roepen door de prediking. Door te spreken als Machthebbende, als de hoogste Profeet en Leraar, Die de verborgen raad en de wil Gods van onze verlossing ons volkomen gaat openbaren. Daarom moet Hij door Samaría gaan.Denk nu niet dat Zijnmoeten een niet-willen was. Soms is het nodig dat wij ergens naartoe gaan,maar dan hebben we geen zin. Zo is het bij Jezus niet. Het staat zo mooi in vers 34: ‘Mijn spijze is dat Ik doe den wil Desgenen Die Mij gezonden heeft, en Zijn werk volbreng.’ Jezus’ moeten is ook een willen. Ondanks de toenemende vijand- schap van de Joden, als ze zien en horen en straks weten dat Hij door Samaría gaat en Zich daar ook openbaart. Dan wordt de vijandschap alleen nog maar groter. Want Samaría was voor hen een vervloekt gebied, met een gemengde godsdienst. Een rechtgeaarde Jood ging er met de grootst mogelijke bocht omheen. Waarom gaat de Heere Jezus weg uit Judea? Want daar krijgt Hij toch volgelingen, die bij Johannes de Doper vandaan gingen. Nee, daarom gaat Hij niet weg. Waarom dan wel? Omdat Jezus zoveel volgelingen krijgt,wordt de vijandschap bij de Joden, de farizeeën, de schriftgeleerden ontzettend groot. Ze zien dat zij macht en aanzien verliezen en worden vervuld met een dodelijke haat. Daarom gaat

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==