9789033130915

13 – 1 – Iets goeds voor de Heere Dit hoofdstuk, 1 Koningen 14, bevat de profetie van Ahia. Daarin wordt voorzegd welke sombere oor- delen er over Jerobeam en zijn nageslacht zouden komen vanwege zijn afgoderij in de eredienst en de afwijking van het bestuur en van het huis van David. Voor die zonden heeft God hem en zijn nageslacht verdelgd. Niet alleen de kwaden, maar ook de goe- den werden gestraft voor de schuld van hun vader. Zo wordt het immers aangeduid in dit vers waaruit de tekst genomen is.Hier was een jongeman, de zoon van Jerobeam, die voor de overtreding van zijn vader zou sterven. Toch was hier een matiging van de straf, zodat hij niet op dezelfde manier zou sterven als de overigen: hij zal in vrede begraven worden, omdat in hem wat goeds voor de Heere , de God Israëls, in het huis van Jerobeam gevonden is. Zie de goedertieren- heid van God! Er is een klein kind, en er is iets goeds in hem. Toch slaat de grote God acht op dat kleine beetje goed in hem. God vond als het ware één parel in een hoop kiezelstenen, één goede jongeman in het huisgezin van Jerobeam, die iets goeds in zich had voor de H eere, de God van Israël.

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==