9789033130854

9 – 1 – Vol ongeloof zag Melchior wat er beneden in de kamer gebeurde. Hij was snel de trap af gerend toen hij hoorde dat vader thuiskwam. Die stond midden in de kamer, zijn armen vol met bossen bloemen. Wat waren het er veel deze keer! Hij kon ze zo snel niet tellen, maar dacht dat het zeker wel meer dan tien grote bossen waren. Vader bracht vaak bloemen mee. Dat deed hij iedere vrijdag. Nooit sloeg hij een week over. Het waren de prachtigste bloemen. Moeder zette ze in grote vazen en het hele huis geurde dan heerlijk. Op de zuil in de gang stond altijd de allermooiste vaas met daarin de allermooiste bloemen. Moeder wilde in de hal graag een boeket met veel wit en roze. ‘Dát is de blikvanger van het huis,’ lachte ze vrolijk. Melchior zei het woord soms zachtjes na. ‘Blikvanger.’ Hij begreep dat het iets moois en belangrijks was.