9789033130779

11 bezocht enChristus aan hen verkondigd.Wanneer zij hemechter niet wilden horen of zijn getuigenis niet wilden aannemen, keerde hij zich tot de heidenen, zoals je in het boek Handelingen kunt zien. Vandaar dat ook Christus hem Zijn uitverkoren werktuig noemt om Zijn Naam te verkondigen, niet alleen aan de heidenen, maar ook aan de kinderen van Israël (Handelingen 9:15). Paulus had de roeping en het bevel omspoedig naar de heidenen te gaan omaan hen het Evangelie te verkondigen. Zoals gezegd, preekte hij gelijktijdig voor de Joden. Petrus en de andere apostelen hadden een bijzonder bevel omeerst naar de verloren schapen van het huis Israëls te gaan, want aan hen was de Christus beloofd. Die hebben zij bezocht, en een klein hoopje, dat Paulus doorgaans ‘overblijfsel’ noemt, had zich tot het geloof bekeerd. De meesten bleven echter verstokt, en toen zij bovendien de apostelen hevig vervolgden en tegenstonden, hielden de apostelen zich aan het bevel van Christus: ‘Ga heen in de hele wereld ...’, en keerden zij zich tot de heidenen (zie o.a. Handelingen 13:46). Daarom zijn de apostelen eigenlijk de vaders en leraars der heidenen; het hindert niets dat de voornaamsten onder hen een tijdlang bij de Joden zijn gebleven.Want als zij zelfs allen in die tijd voor het Joodse volk in hun land hadden gepreekt – wat toch niet is gebeurd – wat was dat geweest vergeleken met hun brieven die zijn geschreven en voorgelezen, niet alleen aan één volk in een klein hoekje van de wereld in het Joodse land, maar aan alle heidenen in de hele wijde wereld? Door hun brieven hebben zij voor de gelovigen vanaf die tijd tot op heden gepredikt en zij zullen dat ook voortaan blijven doen tot aan het einde van de wereld. [Epistel S. Petri gepredigt und ausgelegt, vgl. W(2) 9, 1110 ff (1539) en WA 12, 261 ff (1523)] 1 Petrus 1:1