9789033130380

18 dat fundament is eeuwig vast. Wat ligt er dan toch een troost in de verkiezing.Gods macht om zalig te maken, moet u niet beoordelen naar uw zonde. U moet het ook niet afmeten naar uwbegrip van genade,maar naar Zijn eigenWoord,waarinHij op zoveel plaatsen zegt dat Hij aan de grootste der zondaren ontferming bewijst. De mogelijkheid om zalig te worden hebben wij niet te zoeken in onszelf. ‘Als ik nu maar kon geloven. Als ik nu maar kon bidden. Als ik nu maar kon komen...’ Nee, de Heere ontfermt Zich over mensen die niet kunnen geloven en die niet kunnen bidden, maar over ‘die Hij wil’. Als u dit leest en moedeloos bent, en als u denkt: zou het voor mij wel kunnen, bedenk dan wie God is. Hij kiest geen godzaligen (want die zijn er van zichzelf ook niet), maar over goddelozen zal Hij Zich ontfermen. Daarom moet Zijn Naam eeuwig eer ontvangen. Onveranderlijk voornemen Er is nóg een troost in de verkiezing.God zal nooit terugkomen op Zijn eeuwig voornemen. Hij schrapt geen enkele naam uit het Boek des Levens. De Heere heeft de Zijnen lief met een eeuwige liefde. Dat betekent dat er nooit één ogenblik is geweest dat Hij ze niet heeft liefgehad, en dat er ook nooit een ogenblik zal komen dat Hij ze niet meer zal beminnen. Zijn liefde is en blijft onver- anderlijk tot in alle eeuwigheid. Gods Kerk kan God nooit van Zijn eeuwig liefhebben afbrengen.Hun ontrouw zal Zijn liefde niet veranderen. Hij, de onveranderlijke God, zal ze onfeilbaar bewaren. Ieder die de Heere leert kennen, moet tot zijn verdriet