9789033130298

17 En bereid je voor, het is een lange reis, want wind en zeestroom zitten ons tegen.’ Na een poosje merkte ik dat terugkeer niet meer moge- lijk was. Wanneerwegeborenzijn, indit levengeplaatstzijn, kun- nen we niet meer terug. Als we jong zijn, denk je: ik heb nog een lange reis voor de boeg. Job zegt van het leven: ‘Mijndagenzijnvoorbijgevarenmet jachtschepen, gelijk een arend naar het aas toevliegt’ (Job 9:26). Zo snel gaat het leven voorbij. De apostel Paulus zegt ons: ‘Maar dit zeg ik, broeders, dat de tijd voorts kort is’ (1 Kor. 7:29). De apostel zegt een aantal dingen in dit hoofdstuk over het huwelijk, waar wewaarschijnlijk vreemdvanopkijken, enwat onze ver- bazingwekt. Zozegthij invers8en9vanmensendieniet getrouwd zijn, dat het goed voor hen is niet getrouwd te zijn. Even verderop, in vers 27, zegt hij: ‘Bent u ongebon- denaaneenvrouw?Zoekgeenvrouw.’Het istochvreemd dat Paulus dit zegt? Is de apostel soms wereldvreemd? Wat  is hetmooi inhet leven een vaste relatie, eenhuwe- lijk, te hebben. In de Bijbel lezen we toch van liefde en van het huwelijk als een godsgeschenk? Misschien zegt wel iemand: omdat Paulus zelf geen vrouw had en niet wist wat het huwelijk was, daarom spreekt hij zo. Wemoetenbedenkendat hier niet Paulus spreekt, maar dat God Zelf hier door middel van Paulus aan het woord is. Godpraatonsnietnaardemond.DeBijbel doorbreekt onze codes en wat wij normaal vinden. Het gaat er niet om dat God ons negatief laat kijken naar de dingen die Hijgeschapenheeft.DebedoelingvanditSchriftgedeelte

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==