9789033130281

8 1 . S chu i l p l aa t s Wat doe jij als er een grote, woeste hond op je af komt? Je rent naar je vader of moeder, als je die mag hebben. Of naar je grote broer of oom. Bij hen ben je veilig. Dat noem je: een schuilplaats. Het nieuwe jaar is nog maar net begonnen. Wij weten niet wat er gaat gebeuren. Veel dingen zijn onzeker. Toch, één ding staat vast: bij de Heere ben je veilig. Veilig voor alle gevaren. Hij stuurt niemand weg die tot Hem vlucht. Bij Hemmag je schuilen. Op Hemmag je altijd vertrouwen. Dat is nodig, want er zijn gevaren. In Psalm 91 lees je over gevaren. Mensen die bedriegen, die kwaad willen doen. Erge ziekten. De gevaren in de donkere nacht. Maar ook overdag: dan vliegen de pijlen om je hoofd. Er is verderf en verwoesting. Allemaal gevaren... Herken je ze? Je piekert over van alles en nog wat. Hoe moet het verder op school? Zal ik mijn zwemdiploma halen? Wordt mijn zieke opa beter? Maar... misschien is je grootste zorg wel dit: ik ken de Heere niet. Of: hoe moet het goedkomen tussen de Heere en mij? Ik heb zo’n

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==