Ziedaar water

8 water dat als tekenwijst op Christus’ ondergaan in de dood en Zijn opstaan uit de dood. Dat mag hij geloven niet alleen voor anderen, maar ook voor zichzelf. Daarom vraagt hij aan Filippus: ‘Ziedaar water; wat verhindert mij gedoopt te worden?’ Zo is het dan de wens van het Deputaatschap KGJO dat ook het onderwijs vanuit dit boek gezegend mag worden. Dat daardoor ook het besef meer en meer mag worden gevoeld wat een grote verantwoordelijkheidwij met ons gedoopte voorhoofd hebben ten opzichte van God. De Heere wijst ons in de Doop de mogelijkheid aan dat ons zondige hart kan worden gewassen en gereinigd door het bloed van Jezus Christus. Zijn bloed reinigt diegenen van alle zonden, die begrepen liggen in het eeuwig verkiezendwelbehagen. Bij de Doop mag opgemerkt worden dat de Heere voortgaat om ook uit het nageslacht er nog toe te brengen tot de gemeente die eenmaal zal zalig worden. Want het welbehagen des Heeren zal vanwege de arbeid van Christus en door Zijn hand gelukkiglijk voortgaan, zolang de zon en demaan aan de hemel staan.Dat werke Hij genadig ook onder ons door Zijn Heilige Geest. Namens de redactiecommissie, Ds. J. van Laar

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==