Het ene nodige en begeerlijke goed

14 in de Utrechtse Jacobikerk. Het derde kind van Hendrik Luden en Johanna Avinck was eveneens een dochter. Ze kreeg de naamCatharina. Naar alle waarschijnlijkheid is ze vroeg gestorven, evenals haar jongste broertje Theodorus, dat in 1776 het levenslicht aanschouwde. Verhuizing naar Utrecht In het voorjaar van 1782 verhuisden Hendrik en Johanna naarUtrecht.Ze betrokken eenwoning aan deZuylenstraat. Broer Theodorus, die in 1777 een huis aan de Oude Gracht, tegenover de Volderbrug, gekocht had, bekend onder de naam ‘Het nyeuw Stadthuys van Antwerpen’ (thans Oude Gracht no. 222), was kort tevoren op 12 januari 1782 over- leden. Zijn tweede vrouw, Gerarda Carolina Römer, met wie Theodorus slechts zeven maanden getrouwd geweest is, bleef eenzaam achter. Het echtpaar had geen kinderen. Of dit mede aanleiding geweest is voor Johanna enHendrik omAmsterdam te verlaten en naar Utrecht te verhuizen, is onduidelijk. Boeiend is de vraag met wie Johanna, afgezien van haar familie, omging. Wat was het sociale netwerk waarbinnen ze verkeerde? Met wie onderhield ze vriendschapsbanden? Kijken we dan eerst naar Amsterdam, de geboortestad van Johanna en de stad waar ze het grootste deel van haar leven heeft doorgebracht. Daar waren vele conventikels, gezelschappen van Gods kinderen. In 1774 stelden de burgemeesters er zelfs een apart reglement voor op. De kerkenraad wilde toezicht houden op leer en leven van de oefenaars, die in de gezelschappen voorgingen.Menmoest terughoudend zijn in het spreken naar aanleiding van vrije

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==