Licht voor mijn pad
5 j anuar i Gekend Eer dat Ik u in moeders buik formeerde, heb Ik u gekend... Jeremia 1:5 D e oorsprong van de genade die God aan Jeremia bewees, ligt in de eeuwigheid, in het verkiezend welbehagen van God. Het is alsof de Heere tegen Jeremia wil zeggen: dáár komt het vandaan: Ik heb u gekend. Het woord ‘gekend’ wil naar de oorspronkelijke taal zeggen ‘liefgehad’. Het is geen kennen zoals wij iemand kunnen kennen zonder dat we van hem houden. Dit woord ‘kennen’ is hetzelfde woord dat in de Schrift wel gebruikt wordt voor de huwelijksgemeenschap tussen man en vrouw, en ook voor de liefdesomgang tussen God en Zijn volk. ‘Ik heb u gekend’ wil zeggen: Ik heb u liefhebbende gekend, Ik heb u gezien eer Ik u in moeders buik formeerde. ‘Ik heb u gekend.’ Zet die twee woorden eens tegenover elkaar: Ik en u! Dat is het wonder in Jeremia’s leven geworden. Ik, zegt de Heere, de heilige, eeuwige en rechtvaardige God, Die te rein van ogen ben dan dat Ik het kwade zou zien en Die de kwelling niet kan aanschouwen, Ik heb u, verdoemelijke aardworm, verloren zondaar, melaats van uw hoofdschedel tot aan uw voeten, gekend en liefgehad! Dat wordt het levenswonder van de Kerk. Die grote, die heilige Ik, Die ons niet nodig had, Die in Zichzelf volzalig was, Die geen mensenkind behoefde om lief te hebben, zegt: Ik heb u, verloren, verdoemelijke zondaar gekend, eer Ik u in uwmoeders buik formeerde. Toen wist Ik wie u zou worden en wat een moeite u Mij zou aandoen met uw zonden. Toen heb Ik u gekend, toen heb Ik u toch liefgehad! O, hoe kan de Heere, die heilige Ik, zeggen: ‘Eer dat Ik u in moeders buik formeerde, heb Ik u gekend’? Het antwoord lezen we in Efeze 1. Daar zegt Paulus: ‘Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem, voor de grondlegging der wereld, opdat wij zouden heilig en onberispelijk zijn voor Hem in de liefde.’ Lezen: Efeze 1:1-14
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==