Licht voor mijn pad

4 j anuar i Jong tot God bekeerd Het woord des H eeren dan geschiedde tot mij. Jeremia 1:4 H et woord des Heeren dan geschiedde tot mij.’ Wanneer dat in het leven van Jeremia gebeurt is hij nog jong, waarschijnlijk ongeveer twintig jaar. Jonge mensen, daar hoef je dus geen zeventig jaar voor te zijn. Samuël hoorde de stem van de Heere toen hij op zijn bed lag: eveneens een jongeman. Hij kende de stem des Heeren nog niet, maar hij hoorde die stem wel. Jongens en meisjes, hebben jullie die stem weleens gehoord? Dan is vanaf dat ogenblik jullie de rust opgezegd, dan heb je je verlorenheid voor de Heere leren inleven. De Heere sprak tot Jeremia toen hij zo’n twintig jaar oud was. Als je twintig jaar oud bent is er nog genoeg van het leven te genieten. Weet u wat we van nature zouden willen? Honderd jaar worden. We willen tot ons negen en negentigste jaar van de zonde genieten en het laatste jaar vroom worden en voor God leven. Zo zouden we van nature willen. Maar wat een voorrecht als de Heere je op je twintigste jaar stilhoudt. ‘Des Heeren woord geschiedde tot mij.’ Als de Heere ons stilhoudt, dan zullen we heel ons verdere leven berouw hebben over die eerste twintig jaar die we verknoeid hebben, die we vermorst hebben. Want alle tijd die we niet in de dienst van God doorbrengen, is vermorste tijd. Alle tijd die we voor onszelf leven, is zonde van de tijd. Létterlijk zonde van de tijd! Dat is verloren tijd. Maar de tijd in de dienst des Heeren besteed, is gezegende tijd. Jeremia is jong als de Heere hem roept tot Zijn bediening. God roept de meesten van Zijn volk als ze jong zijn. Verreweg de meesten met wie de Heere wat goeds voorheeft, worden bekeerd voor hun dertigste jaar, in hun jeugd, soms zelfs in hun prille jeugd. Denkt u daar eens over, vaders en moeders. Het wordt hoog tijd! Lezen: 1 Samuël 3:1-10