Licht voor mijn pad
7 j anuar i Geroepen ...om uit te rukken en af te breken en te verderven en te verstoren, ook om te bouwen en te planten. Jeremia 1:10 J eremia hoort hoe de Heere hem gaat gebruiken in Zijn dienst: ‘Ik heb u den volken ten profeet gesteld.’ Niet slechts voor dat kleine volk van Juda, maar voor de volkeren der aarde krijgt Jeremia een opdracht. Het profetisch woord van Jeremia zal van zulk een kracht zijn, dat het aan alle volken der aarde in vervulling zal gaan, zowel in zijn vloek als in zijn zegen. Jeremia’s weerwoord op die Goddelijke roeping is een woord van vrees en beven, van kleingeloof enerzijds, maar ook van diepe indrukken van de hoogheid en de last van de arbeid, waartoe hij geroepen wordt anderzijds: ‘Ach Heere Heere, zie, ik kan niet spreken, want ik ben jong.’ Twee dingen doet de Heere dan om de jonge Jeremia te ver- vrijmoedigen: Hij zegt iets en Hij doet iets. Wat zegt Hij? ‘Ik ben met u, om u te redden.’ Dat is nu voor Jeremia en voor al Gods kinderen precies genoeg. En wat doet Hij? Hij roert Jeremia’s mond aan, om die te reinigen en bekwaam te maken tot de profetische arbeid. Wonderlijk werk toch, dat de profeet moet gaan doen: uitrukken, afbreken, verderven, verstoren. Deze opdracht zal Jeremia komen te staan op de haat der mensen. Uitrukken moet hij alle plant die geen plant des geloofs is; afbreken alle fundament dat voor God niet kan bestaan; verderven alle valse verwachting; verstoren alle valse rust. Ziedaar de roeping van al Gods getrouwe knechten. En daarna mogen zij, móéten zij ook planten en bouwen. Als een wijs bouwmeester het fundament gelegd hebbende, mogen zij arbeiden tot wasdom van Gods gemeente en tot opbouwing in het allerheiligst geloof. Is in uw leven dat werk des Geestes reeds geschied, dat uitrukkende, afbrekende, verdervende, verstorende werk der ontdekking, en dat bouwende en plantende werk van de Geest van Christus? Lezen: Jesaja 6
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==