Paniek

We komen te diep.’ Pieter blies onhoorbaar uit. Hij had al gezien dat de boot dertig meter beneden de toegestane diepte was gezakt, maar hij kon er niets aan veranderen. ‘We maken water!’ schreeuwde Hans in paniek. ‘Er zijn een paar klinknagels gesprongen, Pieter,’ zei André. Pieter hoorde aan de stem van André dat hij de moed begon te verliezen. ‘Waarom stijgt de boot niet?’ vroeg hij. ‘Je kunt de ballasttanks toch leeg laten lopen?’ ‘Dat hebben we al lang gedaan, maar de afsluitkleppen gaan niet meer dicht, dus het water stroomt even hard weer naar binnen. De kleppen werken hydraulisch en we hebben vermogen nodig om die aan te sturen.’ De onvermijdelijke waarheid drong onbarmhartig tot Pieter door. De onderzeeër was niet meer te redden. Hij zag dat Patricia haar headset afdeed en hemmet afschuw aankeek. De tranen ston- den in haar ogen. ‘Ik kan dit niet aan,’ zei ze zacht, waarna ze opstond en wegliep. Pieter knikte zwijgend en kuchte even. ‘Blijf het proberen, André,’ zei hij. ‘Ik doe niet anders. Het is afgelopen, jongen. Dit gaan we niet redden. Het water stijgt steeds sneller in de boot. Wil je wat voor me doen, Pieter?’ ‘Natuurlijk, André,’ zei hij met schorre stem. ‘Zeg tegen mijn vrouw dat ik stierf met haar foto in mijn hand. Ze heeft me tot de gelukkigste man van de wereld gemaakt.’ ‘Dat zal ik doen, vriend,’ zei hij zacht. ‘Ik wil niet dood!’ schreeuwde Hans. Zijn stem sloeg over en Pieter hoorde het schreeuwen overgaan in gejammer. Hij had een sterke drang om zijn headset af te doen, net als Patricia, maar hij kon het niet. Hij wilde zijn vrienden bijstaan zo lang als het kon, hoe afschuwelijk het ook was. Hij voelde zijn hart als een razende kloppen en zweet parelde op zijn voorhoofd. De onderzeeër kraakte 13

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==