In gesprek met Jezus

14 Johannes geeft dit gesprek nauwkeurig aan ons weer. Hij richt daar alle aandacht op, veel meer dan op het genezings- wonder. De antwoorden van Jezus op de beschuldigingen van deze Joden behoren tot de diepste passages in de vier evangeliebeschrijvingen. Jezus belijdt in Zijn verdediging openlijk Zijn Goddelijke natuur, Zijn eenheid met God de Vader en Zijn hoge ambt als Verlosser.Nergens besteedt de Heere Jezus zo veel aandacht aan deze onderwerpen als juist in dit gesprekmet de Joden. En nergens anders gevoelenwij zo duidelijk ons onvermogen om deze dingen te verstaan dan juist in deze woorden waarmee Jezus de beschuldigin- gen van de Joden weerlegt. Jezus noemt God Zijn eigen, natuurlijke Vader Op de beschuldiging dat Hij het sabbatsgebod had gebro- ken, antwoordde Jezus: ‘Mijn Vader werkt tot nu toe, en Ik werk ook’ (Joh. 5:17). Hij ging er niet op in dat deze Joden het sabbatsgebod verkeerd uitlegden.Hij wees er niet op dat het verbod om lasten te dragen op de sabbat geen betrek- king had op het dragen van een slaapmat. Gods gebod en de latere uitleg daarvan inNehemia 13:19 en Jeremia 17:21, verboden de Israëliet alleen om op de sabbat koopwaar te dragen en handel te drijven. Jezus ging er echter niet op in dat koopwaar versjouwen en handeldrijven op de sabbat heel wat anders is dan het dragen van een slaapmat. Zijn antwoord was: ‘Mijn Vader werkt tot nu toe, en Ik werk ook.’ God werkt op de sabbat. Hoewel God op de zevende dag heeft gerust van het scheppen, betekent dat niet dat Hij op die dag niet is voortgegaan met het geschapene in stand te houden en te verzorgen. Indien God op de sabbat Zijn handen van de schepping en de geschapen schepselen