Bij de Bron

11 1. Aannemen Waar staat het? Je kunt iets aannemen als het je wordt gegeven. Zo moet de Heere Jezus ons als Zaligmaker gegeven worden voordat wij Hem kunnen aannemen. In Johannes 1:11 en 12 staat: ‘Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen hebben Hem niet aangenomen. Maar zovelen Hem aan- genomen hebben, dien heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven.’ Met ‘het Zijne’ wordt hier het volk Israël bedoeld. De Heere Jezus kwam tot hen om hen zalig te maken. De Israëlieten woonden in Zijn land en worden daarom hier ‘de Zijnen’ genoemd. In deze tekst komt het verschil van wel of niet aannemen duidelijk naar voren. Als we de Heere Jezus aannemen, zullen we zalig wor- den. Als we Hem niet aannemen, zullen we verloren gaan. Ook in Johannes 3:27 gaat het over aannemen: ‘Johannes antwoord- de en zeide: Een mens kan geen ding aannemen, zo het hem uit den hemel niet gegeven is.’ Als we de Heere Jezus willen aannemen, moet ons dat uit de hemel, door de Heilige Geest, gegeven worden. Wat betekent het? In de Bijbel lees je dat je zalig kunt worden. Er is maar één moge- lijkheid waardoor dit kan: door de Heere Jezus. Hij is de Zaligmaker. Alleen door Hem kun je als zondaar met God verzoend worden, dat betekent dat je zonden vergeven worden. Hoe kun je de Heere Jezus aannemen als je Zaligmaker? Dan moet Hij door de Heilige Geest aan je gegeven worden. Hoe kun je weten dat de Heilige Geest aan jou de Zaligmaker geeft,