Ware wijsheid

nieuwjaar 1 januari Vragen en zoeken Vraagt naar den H EERE en Zijn sterkte, zoekt Zijn aangezicht geduriglijk. psalm 105 : 4 David heeft vele psalmen gedicht, zelfs toen hij nog geen koning was en voor koning Saul moest vluchten. Hij heeft ze een tijdlang in eigen bezit gehouden. Psalm 105, en haar eerste vijftien verzen, is de eerste psalm geweest die hij aan de opperzangmeester Asaf gaf ten nutte van het volk, alsook ten nutte van de kerk van alle tijden en eeuwen. In 1 Kronieken 16:7 lezen we: ‘Te dienzelven dage, toen gaf David ten eerste dezen psalm, om den Heere te loven, door den dienst van Asaf en zijn broederen.’ Deze eerste psalm werd door Asaf gezongen toen de priesters de ark uit het huis vanObed-Edomhadden genomen en deze, dragend op hun schou- ders, weer hadden teruggebracht. David liet de ark in een tent zetten, en offerde brandoffers en dankoffers voor het aangezicht des Heeren. Vervolgens gaf hij ieder een bol broods, een stuk vlees en een fles wijn, en zegende het gehele volk in de Naam des Heeren. Wat was David toen toch op zijn plaats! Hij betoonde niet alleen zijn dankbaarheid door milddadig te zijn, maar ook door het volk de Heere op te dragen en Zijn zegen toe te wensen. Zo willen we ook de lezers van dit dagboek het goede des Heeren toewensen aan het begin van een nieuw jaar. Zoals David het eerste gedeelte van Psalm 105 als eerste psalm aan Asaf en de Levieten gaf om die voor het volk te zingen, zo willen wij de eerste dag van dit nieuwe jaar deze tekst onder uw aandacht brengen: ‘Vraagt naar den Heere en Zijn sterkte, zoekt Zijn aangezicht geduriglijk.’ Dat is de beste raad die we kunnen geven in deze donkere tijd, en in alle verdriet, kruis en druk. Tevens om Gods volk op te wekken om door geloof en gebed de toevlucht te nemen tot Christus, de Ark van uw sterkte en behoudenis. lezen: psalm 105:1-15

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==