Zie, Hij komt

15 dat ze ernaar zouden luisteren: dit kwam heel duidelijk overeen met het natuurlijke licht van de menselijke rede. Het kwam ook overeen met datgene wat sommigen van hun eigen dichters en filosofen hadden gezegd (vs. 28). Hij begint niet meteen over Jezus Christus te vertellen, over Zijn sterven voor zondaars en Zijn opstanding uit de doden. Eerst vestigt hij hun aandacht op datgene waar- naar zij waarschijnlijk eerder zouden luisteren. Nadat hij zich op deze manier heeft voorgesteld, gaat hij verder met het spreken over Jezus Christus. Hij zegt hun dat God de tijden van de onwetendheid aan- gaande de ware God, de onwetendheid waarin zij tot dan toe hadden verkeerd, overgezien had. God had het toe- gelaten dat de wereld in de duisternis van het heidendom zou liggen, maar dat nu de bestemde tijd was gekomen waarvan Hij verwachtte dat de mensen zich overal zou- den bekeren. God heeft immers een dag gesteld op welke Hij de aardbodem rechtvaardig zal oordelen door de Man, Die Hij daartoe geordineerd heeft. De apostel dringt bij hen met kracht aan op de plicht dat ze zich tot God zul- len wenden, weg van hun bijgeloof en afgodendienst. Hij doet dit door aan te voeren dat God een oordeelsdag gesteld heeft. Om dit te bewijzen, komt hij met de weder- opstanding van Christus uit de doden. Wat de woorden van de tekst betreft, kunnen we opmer- ken dat de apostel daarin over het algemene oordeel spreekt: Hij zal de wereld oordelen. De tijd wanneer dit zal plaatsvinden, zal zijn op de gestel- de dag: Hij heeft een dag gesteld.