Laat uw licht schijnen

9 Een kaars ... een korenmaat ... een kandelaar ... mattheüs 5 vers 15 H ET beeld dat de Heere Jezus in Mattheüs 5 gebruikt is heel eenvoudig: een kaars (een lamp), een korenmaat en een kandelaar. Het is ontleend aan een oosters huis. De vensters in zo’n huis waren vaak niet meer dan nauwe openingen in een muur. Het was binnen erg donker. Als je iets kwijt was, had je echt een kaars, een lamp nodig om te kunnen zoeken. Dat lezen we ook van die vrouw die een penning had verloren. Ze ontsteekt een kaars en gaat zoeken. Donker ... dat is ook het beeld van een mens. Om een verloren ziel te vinden, is er licht nodig. De Heilige Geest gebruikt daarvoor het licht van het Evangelie. Zo ontsteekt de Heilige Geest ook het hart van de mensen die Hij tot licht wil stellen voor de wereld. Hij roept ze en maakt hen tot een lamp om licht uit te stralen. Als we zelf uit de duisternis verlost zijn, moet niets ons zo ter harte gaan dan onze roeping om anderen te vertellen over het licht van het Evangelie. C