Door de Geest geleid

22 hele wereld is er één die het in de wacht sleept, en dat is hij die gelooft in Jezus Christus, van wie wordt gezegd dat hij in Christus is, geplant in Hem door het geloof, als een levend lid van het lichaamwaarvanChristus het Hoofd is. Christus Jezus is het Hoofd van het lichaam, de Kerk; en dit Hoofd deelt het leven mede aan al de leden,want ‘Hij vervult alles in allen’. Er is eenmachtigwerkende kracht in het Hoofd, die zich over al de leden verspreidt (Ef. 1:19, 22, 23). Er zijn vele uitdrukkingen die betrekking hebben op de eenheid tussen Christus en de ge- lovigen.Er is geennauwe vereniging onder demensen, of deze geestelijke eenheid tussen Christus en de gelovigen wordt ons daardoor afgebeeld. Het fundament en het gebouw zijn van elkaar afhankelijk; de hoeksteen en de muur zijn samen- gesmolten; en Christus is het Fundament en ‘de uiterste Hoeksteen, opWelken het gehele gebouw, bekwamelijk samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere’ (Ef. 2:20, 21). Het hoofd en de leden zijn nauw met elkaar verenigd; zo is het ook met Christus en de gelovigen; ‘zij wassen op inHem’ (Ef. 4:15). Ouders en kinderen zijn vrijwel één; zo is het ookmet Christus Jezus en de eeuwige Vader, enHij toont aan de Vader de kinderen dieHij Hemgegeven heeft. Wij zijn Zijn broeders, en Hij schaamt Zich niet om ons broeders te noemen, maar wat meer is, wij zijn één vlees met Hem. Er is een huwelijk tussen Christus en de Kerk, en dit is de verheven meditatie van het Hooglied. Hij is de Wijnstok en wij zijn ranken die in Hem ingeënt zijn (Joh. 15:5). Ja, deze vereniging is zo strikt dat die wederzijds is. ‘Ik in hen, en zij in Mij.’ Doordat Christus ons in Hem doet geloven en Hem doet liefhebben, woont Hij in ons door het geloof. Wij wonen in Christus door datzelfde geloof en diezelfde liefde, door in Hem te geloven en Hem lief te hebben. Christus Jezus is ons huis, waar we al onze benodigdheden verkrijgen. Hij is onze voorraadschuur en onze rijkdom, onze plaats van sterkte en vermaak, onze vrijstad, een sterke toren en een aangename rivier omons te verkwikken.Aan de andere kant zijnwij Zijnwoning, waarinHij door Zijn Geest woont. Wij zijn Zijn werkhuis, waar Hij al de bijzondere delen van Zijn nieuwe schepsel bewerkt, en het vormt voor de dag van Zijn bruiloft, de grote dag der verlossing. Dit leert ons begrijpen wat wij eenmaal waren. Wij mogen hier stilstaan en terugzien op onze vroegere toestand, en vinden dan stof voor zowel vreugde als droefheid. Eens waren wij zonder Christus in de wereld, en omdat we zon- der Christus waren, waren we ook zonder hoop en zonder God in de wereld (Ef. 2:12). Ik zou willen dat in het hart van de mensen werd gegraveerd dat zij buiten Christus Jezus zijn geboren, wilde olijven, die groeien op de stam van de ontaarde Adam. Adamwerd eens geplant als een edele wijnstok, maar hoe spoe-