Het Heilig Avondmaal, ook voor mij?

12 kinderen zo ver afgedwaald zijn, zo ver zelfs dat we in ernstige zonden kunnen vallen. Was David een kind van God toen hij in de zonde viel, met Bathseba? Niemand die zijn Psalmen leest, zal eraan twijfelen. Was Petrus een kind van God toen hij met vloeken en zweren zijn Meester verloochende? We hoeven ons dat echt niet af te vragen als we zijn brieven lezen. Maar zowel de geschiedenis van David als van Petrus maakt ons duidelijk dat Gods kinderen niet ‘goedkoop’ zondigen. Soms zijn er diepe wegen nodig om hen weer te brengen op de plaats waar ze zijnmoeten. Soms kan de Heere ook op een liefelijke manier Zijn kind weer aan Zijn voeten brengen. Maar altijd is het Gods onbegrijpelijke liefde en trouw tegenover zo veel ontrouw van onze kant, waardoor ons hart verbroken wordt en we ‘naar buiten gaan, bitterlijk wenend’ (Lukas 22:62). En altijd zal het Woord vanGod hetmiddel zijnomZijn kinderen te beschamen, te vertroosten enweer te brengenwaar zemoeten zijn. Daarom wordt dat Woord hen zo lief. Het is altijd weer zo’n wezenlijke vraag wat de plaats is van het Woord in ons hart en ons leven. Als het goed is komen we nooit uit boven het gebed: ‘Maak in Uw Woord mijn gang en treden vast.’ Juist omdat de Heere weet van al die zwakheden en strijd en duisternissen in het hart dat Hem vreest, heeft Hij naast het Woord ook de zegelen gegeven omdat Woord te bevestigen, te onderstrepen. Die zegelen zijn de Heilige Doop en het Heilig Avondmaal. Als het gaat over de versterking van het geloof door de sacramenten, dan sprekenGods kinderen vaak veel meer over het Avondmaal dan over de Doop. Ze mogen weleens vertellen