Het Heilig Avondmaal, ook voor mij?

19 horen gedenken en verwachten bij elkaar. Men zou kunnen zeggen: gedenken doet verwachten. Bij het gedenken gaat het eromwat Christus gedaan heeft in Zijn bitter lijden en sterven. Bij het verwachten gaat het erom wat Christus doen zal op de dag waarop Hij komen zal met de wolken. In de paaszaal waar Christus het Avondmaal instelde, heeft Hij ook gesproken over Zijnwederkomst. We denken dan aanwoorden vanHem, zoals in Johannes 14:2 en 3: ‘In het huis Mijns Vaders zijn vele wo- ningen; anderszins zo zou Ik het u gezegd hebben; Ik ga heen om u plaats te bereiden. En zo wanneer Ik heen zal gegaan zijn en u plaats zal bereid hebben, zo kom Ik weder en zal u tot Mij nemen, opdat gij ook zijnmoogtwaar Ikben.’Wemogenzeggen dat Christus in het Heilig Avondmaal de Zijnen ervan verzekert dat Hij zal terugkomen en dat er voor hen een plaats zal zijn in het huis van de Vader. Hij verzekert hen bij brood en beker dat ze eeuwig zullen zijn waar Hij is. Hier mag het geloof zalig ondervinden dat Christus aanwezig is in de tekenen van brood enwijn. Na het Avondmaal kanHij echter voor hun gevoel weer zo ver weg zijn. Maar het gaat naar het hemelse Jeruzalem, waar ze eeuwig met Hem zullen zijn. Brood en beker maken ons dan vreemdelinghier beneden, hoewel we hier onze roepinghebben. Het Avondmaal wijst heen naar de toekomst. Het gaat naar de voleinding derwereld. Inhetwoord voleinding ligt de betekenis dat het doel is bereikt. Dan zal alles vervuld zijn in het Konink- rijk Gods. Dan zal alles nieuw geworden zijn en de zonde voor eeuwig weggedaan. Dan is de avondmaalsviering hier op aarde een afschaduwing van het eeuwig Avondmaal hierboven, van het Avondmaal van de bruiloft des Lams. In Mattheüs 26:29 en in Lukas 22:16 en 18 spreekt Christus

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==