Jona

16 Jeróbeam, de zoon van Joas, een achterkleinkind van de bekende koning Jehu. Jeróbeam, de zoon van Joas, ook wel Jeróbeam II genoemd, regeerde van 783-743. Jona preekte en werkte dus ongeveer 200 jaar na het overlijden van Salomo. In het rijk van de tien stammen, ook wel Efraïm genoemd, werden vanaf de scheuring de kalveren in Dan en Bethel vereerd. Het volk volhardde ook in de zonde. Uiteindelijk is Samaria, de hoofdstad van dit rijk, in 722 verwoest. Veel mensen zijn omgekomen en anderen zijn in Assyrische ballingschap weggevoerd. Jona leefde en preekte dus ongeveer veertig tot vijftig jaar vóór de algehele ondergang van het rijk. Jona moet zich opmaken om naar de grote stad Ninevé te gaan. Waarschijnlijk wordt hier bedoeld het district Ninevé, een belangrijke plaats in het Assyrische rijk. Jona heeft drie dagen nodig (Jona 3:3) om zijn boodschap te brengen. Ninevé is een heidense stad en ligt ongeveer 800 kilometer van Kana- an verwijderd. Het is dus een hele reis die Jona moet maken. Bovendien moet hij alleen naar deze grote, vijandige stad gaan. Menselijk gezien was het geen gemakkelijke opdracht. De reden voor deze opdracht zijn de zonden van de stad. In de heidense wereld van die dagen waren zonden algemeen. Bovendien hadden ze vaak een gruwelijk karakter. Uit de omschrijving ‘want hunlieder boosheid is opgeklommen voor Mijn aangezicht’, blijkt dat een verband wordt gelegd met Sodom en Gomórra (zie Genesis 19:13). We moeten dan denken aan de zonde van afgoderij, seksuele losbandigheid, dronkenschap, geweldpleging, en zo meer. Het leven in een oude stad was soms een ware verschrikking. Een mensen- leven telde eigenlijk niet. Zeker voor de onderste lagen van de samenleving (vrouwen, slaven, gehandicapten, de lagere stand, etc.) was het leven buitengewoon moeilijk. Wij kun-

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==