Geschiedenis van een scheuring

18 inleiding af. Men bleef kritisch luisteren naar de prediking van ds. Kok. Hij bleef dan ook worstelen met een meerderheid van ouderlingen die zijn prediking niet kon aan- vaarden. In de gemeente lagen de verhoudingen juist andersom. De meerderheid (1500 van de 2000 leden en doopleden) stelde zich op achter hun predikant, terwijl de minderheid in de gemeente geen vertrouwen in hem had. Op zondag 13 maart belegde deze minderheid onder leiding van afgezette ambtsdragers kerkdiensten in het gebouw ‘De Kegelbaan’. 21 De zaak hield de kerkelijke vergaderingen bezig. De bezwaarden ontvingen uit- eindelijk toestemming van de Generale Synode om in Overberg – een plaatsje op vijf kilometer afstand van Veenendaal – onder bepaalde voorwaarden een eigen gemeente te stichten. De uitgetreden broeders maakten van dat aanbod echter geen gebruik, omdat in Overberg geschikte vergaderruimte ontbrak. De kwestie werd nog complexer toen ds. M. van de Ketterij op grond van een Bijbelwoord dat hemwas voorgekomen, 22 te Veenendaal een tweede Gereformeerde Gemeente institueerde. Dat gebeurde op 24 oktober 1949 zonder toestemming van de classis en ging in tegen het besluit van de Generale Synode. 23 Nog geenmaand later – op 21 november – besloot het CuratoriumvandeTheologi- sche School omnaar aanleiding van de voortdurendemoeilijkheden te Veenendaal een Buitengewone Generale Synode bijeen te roepen. Uiteraard ging dit college met dit besluit haar bevoegdheid ver te buiten. 24 Op 18 november besloot de ker- kenraad van Alblasserdam stappen te ondernemen om het afglijden naar de neo- gereformeerde leer te voorkomen.Menhadmet name bezwaar tegenhet boekje van ds. Kok getiteld Het aanbod vanGods genade . De Particuliere Synode van 22 december besloot de aanklacht vande classisDordrecht door te zendennaar deBuitengewone Generale Synode. 25 De voornaamste bezwaren luidden als volgt (iets verkort): – ‘Vereenzelviging van aanbieding en belofte der zaligheid aan allen, met alle gevolgen daarvan; daardoor komt hij tot verwaarlozing van krachtdadige roeping en wederbarende werking, waardoor de levendmaking geschiedt. – Verwarde voorstelling inzake het gebruik van Wet en Evangelie in de uitwen- dige roeping en prediking; daardoor is er sprake van verwaarlozing van de leer der drie stukken, alsook van het plaatsmakende werk, de toeleidende wegen en de bevindelijke gangen. – Verwarde verbondsbeschouwing voor zover die naar voren komt. In feite is deze bij hemdat alle gedooptende toezegging gedaanwordt, zodat allen inhet genade- verbond zijn. Toch is de onherborene volgens hem onder de wet, maar dan wordt hij ookmet eenwettische eis aangezet, omindeweg van een verkapt werkverbond te geloven, in plaats dat hij uit de eis, als kenbron der ellende, ontdekt wordt aan de staat van zijn ellende.’ 26 Besluitvorming over De Saambinder in 1950 De Buitengewone Generale Synode kwam bijeen op 11 en 12 januari, 13 april en

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==