Mijn tijden in Uw hand

26 hand des Heeren. Het is een persoonlijke waarheid. Mijn tijden. Wij gaan maar al te bescheiden ommet onszelf als persoon, met de waarheid van God, met Jezus, met het verbond der genade, met onze verantwoordelijkheden. Wat, roept u uit, ik, een arme aardworm, ik, die het niet waard ben dat Hij op mij let, te onbeduidend dan dat Hij aandacht aan mij zou schenken; ik, die een hart heb dat zo koud is, een natuur die zo verdorven is, een wil die zo slecht is – mijn tijden? Ja, beste lezer, u mag ootmoedig deze woorden op uzelf toe- passen en jubelend uitroepen: Mijn tijden zijn in Zijn hand. Wat is deze waarheid ook veelomvattend! Hoe verschillend ze ook mogen zijn, wat de vorm ook is waarin ze zich ontvouwen of hoe ingewikkeld de vorm is die ze aannemen, aantrekkelijk of weerzinwekkend, badend in licht of in duisternis gehuld – ze zijn alle begrepen in de hand des Heeren en daarin zijn ze gelegd. Laten we eens een paar van deze ‘tijden’ omschrijven. y