Jozef - volgen in Gods weg

18 Omdat Hij het niet kan hebben dat een mens verloren gaat en dat satan het wint. Ga eens naast Jozef staan. Ken je die pijn; die afkeer van het kwa- de, thuis, op school en op het werk, in de kring van vrienden en bekenden, in de gemeente en op vakantie? En al zijn anderen het er niet mee eens, voelen ze het aan dat hier oprecht verdriet is, bewogenheid met iemands ziel en met de eer van God? Denken we er wel eens aan hoe de Heere gesmaad wordt door de zonde en hoe erg het is voor eenmens die in de zonde leeft en onderweg is om voor eeuwig verloren te gaan? Blijkt daarin iets van een tere vreze des Heeren? Jozef is nog maar zeventien jaar, maar zijn leven laat nu al zien dat de Heere Zijn herscheppende werk in hem begonnen is. Hij hoort bij het volk dat vreemdeling is op aarde en vriend enmetge- zel van allen die Gods Naam ootmoedig vrezen. Hij hoort bij hen krachtens wedergeboorte. Deze Jozef gaat God nu gebruiken als een instrument in Zijn heils- plan. De dromen van Jozef In vers 5 en in vers 9 lezenwij van een droomvan Jozef. In de eerste droom gaat het over schoven op een akker waar graan geoogst wordt. Jozef ziet er twaalf. Het zijn de twaalf zonen van Jakob. De schoof van Jozef staat rechtop en de andere buigen voor hem. In de tweede droom ziet Jozef zichzelf kennelijk als een ster aan het firmament, terwijl elf sterren en de zon en de maan zich voor hem buigen. Het is duidelijk dat die dromen spreken van heerlijkheid enmacht voor Jozef. Het zijn dromen die in vervulling gaan als Jozef onder- koning van Egypte wordt. Deze dromen zijn geen bedrog, geen fantasie van een hoogmoedige jongensziel, maar openbaring van