Van hart tot hart

7 Woord vooraf Ze was plotseling opgenomen in het ziekenhuis voor een operatie. Een jonge vrouwuit de gemeente. Er volgden enkele spannende dagen. Was de operatie gelukt? Zijn alle verkeerde cellen weggenomen? Ze kwam op een kamer met twee bedden. Naast haar lag een iets oudere vrouw in een soortgelijke situatie. De eerste dagen was er nauwelijks sprake van contact. Beide vrouwen waren te ziek voor een gesprek. Er was veel pijn en er was vrees, bij beiden. Zal ik er doorkomen? En als het anders gaat? Er was een belangrijk verschil. Aan het ene bed werd gebeden en ge- lezen. Door de echtgenoot en de predikant die een bezoek bracht. Er waren geheiligde momenten, waarin troostwoorden van God gespro- ken werden. Er was pastorale zorg: van hart tot hart. Aan het andere bed werd niet gebeden en gelezen. Er kwam niemand die de weg wees naar God. Er werd geworsteld met de ziekte en de kwetsbaarheid van het leven. Kort voordat beide patiënten het ziekenhuis mochten verlaten, kwam er een ouderling op bezoek. Er was een pastoraal gesprek met de ene patiënt. Het gesprek werd afgesloten met een kort gebed. De ouderling informeerde naar de situatie van de andere patiënt. Dit contact kreeg ongedacht een pastorale en getuigende spits. In de gemeente zijn er tal van pastorale situaties. Huisbezoeken, zie- kenbezoeken, bezoek aan ouderen, kraambezoeken en huwelijksge- sprekken, huwelijksjubilea, gesprekken met jongeren en met mensen met geestelijke vragen en levensvragen. De predikant, pastoraal werker of ouderling probeert tijd te reserveren voor een gesprek. Een goed gesprek is een dienst aan de medemens. Een goed gesprek legt verbinding met het Woord. Een goed gesprek

RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==