Voorpublicatie 'Het geheim van mijn moeder'
8 ‘Pak hem! Ga snel!’ Moeder sloot haar ogen en hijgde. Ik stond naast haar bed, niet wetend wat ik doen moest. Maar er was geen tijd meer. Ik greep de dikke bontjas uit haar kledingkast en wist dat ze gelijk had: Mutti zou hem nooit meer dragen. Ik greep de stapel dekens uit de gang en pakte een laken en een schaar uit de linnenkast. De stapel balanceerde op mijn heup toen ik de trap afliep en voorzichtig door de achterdeur glipte. Geschreeuw en dronkemansgelach op straat. Rook in de lucht en een scherpe geur van iets wat ik niet thuis kon brengen, niet kon onderscheiden van de geur van brandend hout. Ik klopte op de schuur- deur en gaf de stapel door, in de armen van Lukas. Hij kneep dankbaar in die van mij, en ik rende terug naar de keuken. Snel brood snijden. Net toen ik het mes neerlegde, vloog de keukendeur open en lawaaierig stapten vader en Rudy binnen. Rudy had het over een heldendaad, en vader lachte luidruchtig. Mijn maag draaide zich om. ‘Lieselotte, waarom ben je nog op?’ Vader veranderde plotseling van toon. ‘Waarom is deze deur niet op slot? Ben je buiten geweest?’ ‘Nee,’ loog ik, iets wat ik nog nooit tegen mijn vader had gedaan. ‘Maar jullie waren allebei zo laat. Ik was ongerust.’ ‘Maakten de geluiden op straat ons lieve zusje bezorgd?’ plaagde Rudy. ‘Je kunt er maar beter aan wennen. Dit is nog maar het begin!’ ‘Rudy ...’ Vader keek hem glimlachend aan, maar schud- de zijn hoofd. Toen zag hij de stapel boterhammen. ‘Ben je op dit tijdstip nog brood aan het klaarmaken?’
Made with FlippingBook
RkJQdWJsaXNoZXIy OTA4OQ==