Amos

16 rijk. Amos is geroepen om het oordeel te verkondigen en de vrucht zal de dood zijn. Toch blijft het opmerkelijk: het is de roepstem van de Heere Heere (!) en deze komt uit Sion. Daar moeten we straks op terugkomen. Je zou nu verwachten dat de profeet zich vanaf vers 3 richt op het Tienstammenrijk. Maar dat gebeurt niet. Er komt eerst een zestal heidenvolken aan de orde. Naast Syrië, de Filistij- nen (genoemd naar hun belangrijke steden) en de Feniciërs (Tyrus) worden drie volken genoemd die een verwantschap hebben met Israël: Edom, Ammon en Moab. Wat heeft Israël in zijn bestaan veel te lijden gehad van deze volken, ook van zijn broedervolken. Zo lezenwe in 2 Koningen 8:12 dat de pro- feet Elia weent. Koning Benhadad van Syrië ligt op sterven. Hazaël heeft Benhadad op zijn ziekbed vermoord. Van deze wrede Hazaël heeft Elia wenend geprofeteerd dat hij Israël zal slaan. Hij zal de jonge mensen met het zwaard doden, de jonge kinderen verpletteren en hun zwangere vrouwen opensnijden ... gruwelijk! Hetzelfde wordt overigens gezegd van Ammon. In het derde vers van dit hoofdstuk staat dat de Syriërs Gilead met ijzeren dorswagens hebben gedorst. Met kanttekening 14 kunnen we gevoeglijk aannemen dat dit overeenkomt met de wreedheid van Benhadad en Hazaël. Ja, als dat volk geoordeeld wordt, wie zou het niet kunnen begrijpen? Steeds wordt één overtreding genoemd. Toch horen we voortdurend het refrein: ‘om drie overtredingen ... om vier.’ Klopt dit wel? Zou het betekenen dat de Heere pas bij de vierde overtreding Zijn oordeel zal zenden? Nee, dat kan de uitleg niet zijn. De Heere kan toch de zonde niet ongestraft laten? We horen in drie ... vier een tellen. Soms kan het er zo op lijken dat de Heere de zonde niet straft. De Heere telt tót-