De verborgenheid van het geloof ontsloten

21 gepast is als dit. Het gaat de hele rekenkunst van alle engelen in de hemel, en van alle mensen op aarde te boven om Zijn waarde te berekenen. Hier moeten alle mensen in uiterste verlegenheid worden gebracht. Dit was het wat Job van God had geleerd, in Job 28 vers 13, dat de mens de waarde van de wijsheid niet weet. Moet dan Jezus Christus, Die het kostbare Voorwerp is van het geloof, en deWijsheid van de Vader, niet alles overtreffend en verheven zijn? Niet alleen op Zijn kleed staat Zijn Naam geschreven: Koning der koningen en Heere der heren - wat wijst op het opvallende van Zijn majesteit - maar ook op Zijn dij, om erop te wijzen dat heel Zijn gang en al Zijn bewegingen bewijzen dat Hij hoger is dan de koningen der aarde. En hoe- wel alleen maar het voorstellen van het Voorwerp niet bekeert, dan toch: als het onze ziel maar eens werd toegestaan om zicht te krijgen op Christus in Zijn schoonheid en majesteit, en verzadigd te worden met de Goddelijke stralen van Zijn alles overstijgende heerlijkheid, dan zouden we heel zeker merken dat we erop een gezegende manier toe gedrongen worden om Hem aan te nemen. Christus heeft immers een zwaard dat uit Zijn dierbare mond uitgaat, waardoor Hij de Zijnen aan Zichzelf onderwerpt en onder Zijn juk brengt. Ook heeft Hij een zwaard aan Zijn heup gegord, waarmee Hij Zijn vijanden oordeelt en met hen strijdt. We geven toe dat het niet alleen moeilijk is, maar eenvoudig- weg onmogelijk om een nog krachtiger uitdrukking te ge- bruiken om Hem aan te bevelen. Zijn waarde gaat woorden altijd ver te boven, en onze woorden blijven altijd ver achter bij Zijn waarde. Daarom moeten we er maar toe gebracht worden om die wens aan Hemzelf voor te stellen: Verhef U boven de hemelen, o Heere.